Plots blijkt er een roodkleurige kattin met een pluimstaart te bestaan die rechten opeist

Sinds de dood van de zwarte kater van de buren is de toestand in de tuinen onstabiel. Ge ziet beesten door het hoge gras sluipen die ge niet kent. Plots blijkt er een roodkleurige kattin met een pluimstaart te bestaan die rechten opeist. Er zit een zwartgrijs gestreepte tussen de boterbloemen die soms ambities heeft, soms niet. Een zwart-witte kater die ge samen met uw vrouw als de leider en smeerlap van de buurt hebt beschouwd blijkt niet echt helemaal zijn macht te kunnen afdwingen. Dag en nacht zijn er confrontaties met gejank dat overgaat in gegrom, dat van laag gaat naar hoog, met vermoedens van waanzin en nakende destructie. Uw eigen kat doet op afstand mee, aangezien de tuin beneden haar stand blijft. Onder de voormalige zwarte kater heerste er rust en orde. Nu dansen de monsters der onzekerheid. Och jong. Ge kijkt naar het groen en denkt na over de verbeelding van de mens en diens territorium. Blijkbaar, en gij zijt geen haar beter, moet echt alles en iedereen op ons lijken.

Jeroen Olyslaegers