'De wil voor het goede, de lust voor het kwade'
Wie beter dan de vertaler van Don DeLillo kan tekst en uitleg geven bij deze korte verhalen. Een gesprek met Jan de Nijs, die samen met Gerda Baardman de verhalenbundel De engel Esmeralda vertaalde. De vertaling van 'Baader-Meinhof' is van zijn hand.
Kunt u deze verhalenbundel kort situeren in het oeuvre van Don DeLillo?
Jan de Nijs: "Je zou deze bundel kunnen zien als een miniatuur van het oeuvre van DeLillo. Alle typische DeLillo-thema's zijn aanwezig: angst, vervreemding, het menselijk tekort. Aangezien de negen verhalen zijn geschreven over een periode van ruim dertig jaar is de ontwikkeling van de schrijver goed te volgen. Terwijl hij in de vroegere verhalen nog wel eens lange, enigszins verwarrende zinnen schreef - zonder overigens bloemrijk te kunnen worden genoemd - werd zijn stijl naar het eind toe steeds soberder en trefzekerder."
Is dit verhaal typisch voor de hele bundel?
In zoverre dat alle verhalen een duidelijk verwante thematiek hebben. Alle personages proberen de wereld te duiden, het hoofd te bieden, naar hun hand te zetten en creëren daartoe hun eigen werkelijkheid. Overigens is dit verhaal in 2002 Nederland verschenen in De Groene Amsterdammer, vertaald door Harry Pallemans."
Wat spreekt u als vertaler het meeste aan in het werk van DeLillo?
"Stijl, ritme, zeggingskracht."
Hebt u de auteur ooit ontmoet?
"Nee. Ik heb hem nooit ontmoet."
Waar komt volgens u de inspiratie voor dit verhaal vandaan?
"De wil voor het goede en de lust voor het kwade. Macht versus onmacht. Het gaat ook over kijken en bekeken worden. Zonder het expliciet te zeggen, situeert DeLillo het begin van dit verhaal in het MoMa, waar de reeks Baader-Meinhof van Gerhard Richter tot de vaste collectie behoort."