Frankrijk
Iconische kledingzaak Tati, met ‘les plus bas prix’, verdwijnt uit het Parijse straatbeeld
Parijs raakt een icoon kwijt: de goedkope-kledingzaak Tati aan de Boulevard Rochechouart in het stadsdeel Barbès gaat sluiten.
Tati stond bekend om de bakken waarin de clientèle ongegeneerd naar voordelige shirts, overhemden, broeken en ondergoed kon graaien. De plastic zak van Tati, met zijn kenmerkende combinatie van blauw met een rozewitte ruit, werd een cultobject. Overal kwam je de zak van Tati tegen, zei een voormalige directeur in Le Monde: ‘Zelfs in de woestijn in Tunesië of Marokko, zag je een meneer op een kameel met zijn zak van Tati in de hand.’
In zijn gloriedagen was Tati een goedlopende keten, maar deze Franse pendant van Zeeman gaat verdwijnen, vermalen tussen websites als Amazon en textielketens als Zara en H&M, die ook goedkoop zijn maar wat hoger in de markt zitten. De lockdown heeft de genadeklap gegeven, liet moederbedrijf Gifi deze week weten. Door het coronavirus werd 60 procent minder verkocht.
Geen Tita maar Tati
Veel Tati-filialen werden de afgelopen jaren al gesloten en eind 2020 verdwijnt ook de laatste de winkel waar het allemaal begon aan de Boulevard Rochechouart in Parijs, goed zichtbaar vanuit de bovengrondse metro. Tati werd in 1948 opgericht door Jules Ouaki, een joodse immigrant uit Tunesië die in de oorlog had gediend als onderzeebootmatroos in de vrije Franse strijdkrachten van generaal De Gaulle. Hij wilde het bedrijf aanvankelijk Tita de noemen, naar de bijnaam van zijn moeder. De naam bleek al gedeponeerd, waarop hij de letters omdraaide tot Tati.
De Boulevard Rochechouart ligt in de arme wijk Barbès. De formule – een grote zelfbedieningszaak vol goedkope kleding – sloeg meteen aan. Ouaki kocht grote partijen in en verkocht ze voor lage prijzen. ‘Als de koopwaar maandag werd gekocht, lag ze zaterdag in de winkel en als het niet snel genoeg ging, werden maandag de prijzen verlaagd’, zei een oudgediende. Les plus bas prix, de laagste prijzen, was de onverwoestbare lijkende slogan van het bedrijf.
Immigranten
In de loop der jaren verschoot Barbès van kleur. Franse arbeiders maakten plaats voor immigranten uit de Maghreb en Afrika. In de jaren negentig begon het bedrijf te kwakkelen, mede door dure avonturen met een filiaal in New York en een mislukte poging om een hoger marktsegment aan te boren.
De afgelopen decennia kreeg Tati steeds meer last van de moordende concurrentie in de textielbranche. In 2017 werd het bedrijf overgenomen door Gifi, dat beloofde de winkels overeind te houden. Daar is niets van terechtgekomen, tot ongenoegen van de vakbonden die geloven dat de corona-epidemie als een excuus wordt gebruikt om van Tati af te komen.
In het huidige Barbès ontmoeten het arme en rijke Parijs elkaar. Trendy Parijzenaars kunnen terecht in de hippe Brasserie Barbès, bioscoop Louxor is opgeknapt tot een cultuurpaleis in art-decostijl. Maar op straat worden sigaretten verkocht: vijf euro voor een pakje Marlboro van onduidelijke herkomst, gestolen, gesmokkeld of vervalst.
Met Tati verliest deze lawaaierige, kleurrijke, vuile en armoedige buurt een van zijn karakteristieke trefpunten. Eind dit jaar doven de enorme blauwe en roze neonletters op het dak: Tati, les plus bas prix.