NieuwsKlimaat
Jaarrapport van Europese klimaatdienst: 2021 was een jaar van extremen
Het voorbije jaar 2021 werd in Europa klimatologisch gekenmerkt door extremen en contrasten. Dat blijkt uit het jaarrapport van de Europese klimaatdienst Copernicus. Het continent beleefde zijn warmste zomer ooit, met felle overstromingen en een intense hittegolf.
Het jaarrapport van Copernicus is aan zijn vijfde editie toe en wordt vrijgegeven op Earth Day. Wereldwijd waren de zeven voorbije jaren de warmste ooit, waarbij 2021 tot de koelere behoorde. Europa beleefde echter zijn warmste zomer ooit.
In grote gebieden van de Baltische Zee en het oosten van de Middellandse Zee werden de hoogste zeewateroppervlaktetemperaturen sinds 1993 opgetekend. In delen van de Baltische Zee lagen de temperaturen van de zeewateroppervlakte in juni en juli zelfs meer dan 5 graden boven het gemiddelde.
Wallonië en het westen van Duitsland kregen op 14 juli een recordhoeveelheid regen over zich heen. Die ‘waterbom’, in combinatie met een al verzadigde bodem, zorgde voor ongeziene overstromingen en vernielingen.
De regio van de Middellandse Zee kreunde dan weer onder een hittegolf die in delen van Italië, Griekenland en Turkije tot drie weken aansleepte. Veel temperatuurrecords gingen aan diggelen, met een voorlopig nationaal record voor Spanje van 47 graden, en een voorlopig Europees record van 48,8 graden op Sicilië. De droogte was aanleiding voor bosbranden in Italië, Griekenland en Turkije. Er werd meer dan 800.000 hectare in de as gelegd.
Volgens Carlo Buontempo, directeur van Copernicus, wordt het begrijpen van meteorologische en klimaatextremen steeds relevanter: “Accurate informatie over het klimaat is belangrijker dan ooit om ons weloverwogen beslissingen te helpen maken.”