VeldrijdenFinanciële problemen
Veldrit Ruddervoorde zonder publiek: ‘We schatten het verlies op 70.000 euro’
Ook het veldritseizoen ziet zich ondermijnd door corona, maar de eerste Superprestige op Belgische bodem in Ruddervoorde gaat vandaag wel door. Organisator Wim Pyfferoen schat het verlies zonder fans op 70.000 euro. ‘Dit kunnen we geen twee jaar doen.’
“Het is vréé ambetant”, zegt Pyfferoen, gevolgd door een diepe zucht. “Het gemakkelijkste zou zijn dat we de cross net zoals Diegem of Koksijde zouden afgelasten – en zij zijn dan nog van de rijkste organisaties. Zij willen dat verlies niet betalen. Wij spreken wel onze buffer of spaarboekje aan. Maar normaal dient die buffer niet voor corona, het is een reserve die we gebruiken als er door slecht weer eens een minder jaar is en maar 4.000 toeschouwers in plaats van 10.000 hebben.”
De organisatiekosten voor de cross in Ruddervoorde bedragen normaliter 260.000 à 280.000 euro, maar daar hoort ook de catering en de viptenten bij. Die kosten vallen nu voor een deel weg, maar break-even draaien zit er dit jaar niet in: “We schatten het verlies op zo’n 70.000 euro. Normaal betalen toch zo’n 8.000 fans voor een ticket van 12 euro, reken uit. En aan de vips houden we zo’n 20.000 euro winst over.”
De gemeente doet wel een extra inspanning om de kosten te helpen dekken. “In principe is de toelage 10.000 euro, maar daar is fiks wat bijgekomen. Dat is een mooi bedrag – we mogen niet klagen –, maar het zijn ook niet de bedragen van aan de kust.”
Natuurlijk vraagt Pyfferoen zich af of het sop de kool wel waard is. Het klinkt als een noodkreet. “We doen dit voor de liefde van de sport en om de renners bezig te houden. Maar twee jaar op rij kunnen we dit niet volhouden. Zelfs de Ronde van Vlaanderen kan dat niet. En binnen twee maanden moeten zij alweer sponsors gaan zoeken voor de editie volgend voorjaar. En wat gaat er dan gebeuren? ‘Nul, nul, nul.’ Ik denk niet dat corona binnen twee maanden opgelost is.”
Ook het naleven van alle strikte maatregelen door de coronapandemie maakt het de organisatie in Ruddervoorde niet simpeler. De optie om een ‘bubbel’ van 200 toeschouwers toe te laten, bleek snel afgeschoten. “We hebben daar wel overleg met de gemeente over gehad. Maar dan zouden we volgens het protocol bijna meer mensen nodig hebben om die fans te begeleiden… Het is onbegonnen werk.”
Boerderij in en uit
De organisatie deed er wel alles aan om de renners en begeleiders zo veilig mogelijk hun wedstrijd te laten afwerken. Zo krijgt de cross in Ruddervoorde plots zelfs een religieus tintje, zelden zal het zo uitnodigend geweest zijn om snel een schietgebedje te plegen voor een goed resultaat. “Voor de inschrijvingen van de renners zijn we moeten uitwijken naar de kerk”, zegt Pyfferoen. “Er was in de gemeente nergens een lokaal met een deur links en een deur rechts om de renners afgescheiden binnen en buiten te laten gaan. De kerk had dat wel.”
Ook de in- en uitstroom van de renners en hun begeleiders – een verzorger en twee mecaniciens per renner zijn toegelaten – is apart geregeld op het wedstrijddomein. “Ze komen aan de ene kant van de boerderij binnen, en na de koers moeten ze na de aankomst links in de gang aan de andere kant van de boerderij naar buiten. Voor de rest leven we de gangbare regels na: alle medewerkers moeten mondmaskers dragen en overal staan ontsmettingsapparaten. Ja, en ook dat kost allemaal geld.”